Samenvatting

Inleiding

In het kader van het programma Sterke Lekdijk, onderdeel van het Hoogwaterbeschermingsprogramma, wordt op dit moment het deeltraject Irenesluis – Culemborgse Veer (ICU) uitgevoerd. Het deelproject bevindt zich op dit moment in de verkenningsfase (Figuur 1).

Tijdlijn met daarop de planning van de dijkversterking Irenesluis-Culemborgse Veer op hoofdlijnen. De planning laat 3 fasen zien in blokken. Het blok van de verkenningsfase loopt van 2021 tot medio 2023, gevolgd door de planuitwerkingsfase tot medio 2026, opgevolgd door het blok van de realisatiefase die loopt tot in 2029. De fasen bevatten elk een beschrijving. Verkenningsfase: samen met belanghebbenden worden kansrijke oplossingen voor het traject gezocht. Vervolgens wordt een voorkeursalternatief vastgesteld. Planuitwerkingsfase: het voorkeursalternatief wordt in detail uitgewerkt, samen met belanghebbenden. Hierna stelt het bestuur van Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden het project vast. Realisatiefase: het werk wordt uitgevoerd tussen 2026 en 2029. Daarna is de dijk voldoende veilig voor de toekomst en voldoet hij aan de veiligheidseisen.
Figuur 1. Planning op hoofdlijnen tot einde realisatie.

De Nota Kansrijke Oplossingen is een mijlpaalproduct in de verkenningsfase. In deze Nota is vastgelegd hoe, op basis van de ontwerpopgave, mogelijke oplossingsrichtingen zijn geformuleerd en afgewogen. Uit deze afweging zijn kansrijke oplossingen naar voren gekomen. Deze worden, na afronding van de Nota Kansrijke Oplossingen, nader uitgewerkt en opnieuw afgewogen om te komen tot een Voorkeursalternatief (Figuur 2). Het Voorkeursalternatief wordt aan het einde van het tweede kwartaal in 2023 door het Algemeen Bestuur van het waterschap vastgesteld.

Een figuur met daarop de 3 stappen van de verkenningsfase dijkversterking Irenesluis-Culemborgse Veer. Stap 1: Uitgangspunten, bouwstenen bepalen. Stap 2: Bouwstenen uitwerken, mogelijke en kansrijke oplossingen. Stap 3: Kansrijke alternatieven en voorkeursalternatief.
Figuur 2. Deelfasen in de verkenningsfase. Op dit moment (najaar 2022) bevinden we ons aan het eind van Stap 2.

De doelstellingen van het project zijn het opstellen van een Voorkeursalternatief dat:

  1. voldoet aan de veiligheidsdoelen en eisen vanuit beheer;

  2. binnen gestelde planning en budget wordt opgesteld en vastgesteld;

  3. via een open transparante werkwijze tot stand komt met oog voor de omgeving;

  4. invulling geeft aan het verbeteren van de leefomgeving;

  5. rekening houdt met potentiële innovaties en duurzaamheid, en

  6. optimaal inspeelt op de planuitwerkings- en realisatiefase door de innovatiepartners vroegtijdig te betrekken.

Verkenningsproces tot nu toe

In Stap 2 van de verkenningsfase (Figuur 2) is begonnen met het verzamelen van bouwstenen die een bijdrage kunnen bieden aan het oplossen van de technische opgave en/of de gebiedsambities. Deze verzameling is beoordeeld aan de hand van het beoordelingskader. Hieruit zijn evident onmogelijke bouwstenen komen te vervallen. Daarmee is een set overgebleven die, in verschillende samenstelling, gecombineerd zijn tot mogelijke oplossingsrichtingen. Het omgevingskwaliteitsteam heeft hierbij geadviseerd de technische oplossingen leidend te laten zijn in het benoemen van oplossingsrichtingen. Dit heeft drie mogelijke oplossingen opgeleverd:

  • Constructie (verticaal in of nabij de teen van de huidige kering)

  • Grondoplossing binnenwaarts (pipingberm)

  • Grondoplossing buitenwaarts (grondverbetering, klei-inkassing)

De drie mogelijke oplossingen hebben in meer of mindere mate effect op de omgeving. De oplossingsrichtingen die onacceptabele effecten hebben, zijn afgevallen via een effectbeoordeling. De overgebleven oplossingen zijn daarmee kansrijk en worden in stap 3 (Figuur 2) nader onderzocht en afgewogen, zodat een Voorkeursalternatief opgesteld kan worden.

Omgevingsproces

Om ambities, wensen, belangen en zorgen uit de omgeving in beeld te hebben, hebben we een breed omgevingsparticipatieproces opgezet. De bestuurlijke partners (gemeenten, Provincie, Staatsbosbeheer en Rijkswaterstaat) nemen deel in ambtelijke en bestuurlijke overleggen. Met deze partijen zijn meekoppelkansen geïnventariseerd en vastgelegd in de Nota Koppelkansen. We volgen hierbij de spelregels voor het meenemen van koppelkansen in het project die opgesteld zijn voor Sterke Lekdijk.

Met alle bewoners langs het traject zijn individuele gesprekken gevoerd, waarin is uitgelegd wat we beogen met het project en wat dit mogelijk kan betekenen voor de bewoners. Naast individuele keukentafelgesprekken zijn twee bewonersavonden georganiseerd, zijn drie nieuwsbrieven uitgebracht en hebben we met een aantal betrokken bewoners in het voorjaar van 2022 een werkgroep opgericht. Deze werkgroep zal een onafhankelijk advies uitbrengen over de Nota Kansrijke Oplossingen.

Ontwerpopgave

Het project combineert vier afzonderlijke opgaven tot een traject-brede ontwerpopgave (Figuur 3). Door deze opgaves te combineren, hebben we de mogelijkheid een continu ontwerp over het hele traject te realiseren.

Schematische weergave  van de ontwerpopgave, die opgebouwd is uit vier deelopgaven.
Figuur 3. Ontwerpopgave ICU, bestaande uit vier deelopgaven.

Waterveiligheidsopgave

Onderdeel van de verkenningsfase is het in beeld brengen van de waterveiligheidsopgave. Dit is een iteratief proces, waarbij in een aantal stappen van onderzoek en beoordeling de waterveiligheidsopgave steeds nauwkeuriger in beeld is gebracht. Bij aanvang van de verkenningsfase was het beeld dat over het hele traject van 10 kilometer de kering niet voldeed aan een of meerdere faalmechanismen (bijvoorbeeld piping of macroinstabiliteit). Dit is in een aantal stappen teruggebracht tot een waterveiligheidsopgave op een aantal locaties van beperkte lengte (Figuur 3).

Kaart waarop de waterveiligheidsopgave van juli 2022 weergeven wordt langs het dijktraject Irenesluis – Culemborgse Veer. Er is een onderscheid gemaakt tussen locaties met pipingopgave, met pipingopgave die mogelijk vervalt na extra onderzoek, pipingopgave die wordt uitgesteld omdat hier de beslisboom piping wordt toegepast en stabiliteitsopgave binnenwaarts. Stabiliteit buitenwaarts en kruinhoogte staan niet op de kaart omdat hiervoor geen opgave is.
Figuur 4. Waterveiligheidsopgave ICU. Stand van zaken zomer 2022.

Daarbij moet vermeld worden dat een deel van de opgave is uitgesteld op basis van de uitkomsten van de Beslisboom Piping. Dit zijn delen waarvan onze technische experts en keringbeheerders, met kennis van de lokale bodemopbouw en grondwaterstroming, gerede twijfel hebben bij de uitkomsten van de berekeningen. Het is fysisch onwaarschijnlijk dat het faalmechanisme optreedt en door inzet van nieuwe kennis en technieken, die onder andere bij Sterke Lekdijk nu volop in ontwikkeling is, verwachten experts dat dit ook aantoonbaar gemaakt kan worden. Daarmee is uitstel van de dijkversterking gerechtvaardigd en wordt voorkomen dat op dit moment een grote ingreep plaatsvindt, waarvan in de toekomst zou kunnen blijken dat deze niet noodzakelijk was. Bij de wettelijke beoordelingsronde in 2035 worden deze delen opnieuw beoordeeld met de dan beschikbare kennis. Als in 2035 blijkt dat de kering toch niet voldoet aan de norm moet alsnog een versterking plaatsvinden om voor 2050 te voldoen aan de wettelijke normering.

Beheeropgave

In de zomer van 2022 is het Groot Onderhouds-Programma Primaire Waterkeringen vastgesteld. Hierin is opgenomen dat, gelijktijdig met de uitvoering van de dijkversterking, de kering ook wordt hersteld op locaties waar een beheer- en onderhoudsopgave is. Hiermee is de kering, na realisatie, op sterkte en kan deze op de gewenste manier beheerd en onderhouden worden. Ook dit draagt bij aan de toekomstige veiligheid.

De opgave van het Groot Onderhouds-Programma Primaire Waterkeringen is integraal onderdeel van de oplossingsrichtingen en richt zich op:

  1. Taludverflauwing: het verflauwen van te steile taluds op gronden van het waterschap en gronden die binnen de projectperiode verworven worden via vrijwillige verkoop. Hierdoor kunnen de taluds met gangbaar materieel onderhouden worden (Figuur 4).

Hier is op een conceptuele manier te zien hoe taludverfaluwing wordt toegepast op het huidige dijk profiel
Figuur 5. Taludverflauwing en beheerstrook als onderdeel van de beheeropgave.
  1. Beheerstrook: het aanleggen van 5 meter brede beheerstroken op gronden van het waterschap en gronden die binnen de projectperiode verworven worden via vrijwillige verkoop (Figuur 4). Hierdoor kan vanaf deze beheerstrook de kering met gangbaar materieel onderhouden worden.

  2. Aanpassen van op- en afritten om hiermee de toegang tot beheerstroken en aan de kering grenzende percelen te verbeteren (aanleg of aanpassing). Tevens het verwijderen van op- en afritten die niet meer in gebruik zijn.

  3. Herprofilering van talud: het herstellen van lokale schade (bijvoorbeeld schapenpaadjes) en uitzakkingen waardoor het oorspronkelijke talud niet meer het gewenste profiel heeft (Figuur 5). Dit vindt op het hele traject plaats, ongeacht de eigendomssituatie.

Hier is op een conceptuele manier te zien hoe herprofileren van het talud er uitziet op de huidige dijk.
Figuur 6. Herprofilering talud als onderdeel van de beheeropgave.

Gebiedsopgave

Met de ambtelijke werkgroep (van het waterschap, gemeenten, provincie, Staatsbosbeheer en Rijkswaterstaat) zijn de mogelijke meekoppelkansen in beeld gebracht. Uit deze inventarisatie zijn meekoppelkansen op het gebied van verkeer, natuur, cultuurhistorie, watererfgoed en recreatie benoemd (Figuur 7). Deze worden door de partners in de volgende deelfase (stap 3) nader uitgewerkt. Voor de thema’s verkeer en recreatie zijn de geïnventariseerde meekoppelkansen in lijn met de Visie Mobiliteit en Recreatie Sterke Lekdijk en het daaraan gelieerde Beeldkwaliteitsplan Sterke Lekdijk.

Er is op dit moment geen aanleiding om ook de lopende uiterwaardontwikkelingen (zoals de herinrichting Schalkwijker Buitenwaard en herinrichting Bosscherwaarden) mee te laten koppelen met het project. Dit zijn projecten die al in een vergevorderd stadium zijn (vergunningsprocedures worden nu doorlopen), waardoor samenwerking op dit moment geen meerwaarde biedt.

Kaart met ligging van de meekoppelkansen in het projectgebied
Figuur 7. Globale locaties meekoppelkansen

Inpassingsopgave

Het Ruimtelijk Kwaliteitskader van het project beschrijft een ruimtelijke visie voor de inpassing van de verschillende opgaven, waardoor de ruimtelijke kwaliteiten van het gebied minimaal behouden en mogelijk versterkt worden. Deze is gebaseerd op de volgende visiepunten:

  • Ontwikkel de dijk als een leesbare en krachtige verdediging tegen het water;

  • Maak de geschiedenis van de dijk zichtbaar en geef vorm aan het landschap vanuit historische inspiratie;

  • Maak de dijk een beleving voor alle gebruikers, versterk de dijk als recreatieve as;

  • Gebruik de dijk als ecologische verbinding;

  • Maak een zichtbare relatie tussen de dijk en kruisende structuren;

  • Behoud woningen en beplantingsstructuren.

Kansrijke oplossingen

De kansrijke oplossingen beschrijven onderscheidende oplossingen voor de ontwerpopgave. Dit komt er op neer dat voor de zes locaties met een veiligheidsopgave verschillende oplossingen mogelijk zijn (Figuur 8). Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen binnendijkse of buitendijkse grondoplossingen of verticale constructies.

Op de locaties waar geen veiligheidsopgave is, wordt het Groot Onderhoudsprogramma uitgevoerd. Daarvoor zijn geen onderscheidende keuzes te maken, aangezien hier geen andere inrichting voorzien is. De meekoppelkansen in de gebiedsopgave zijn voor alle oplossingsmogelijkheden in te passen, waarmee ook hiervoor geen keuzemogelijkheden zijn.

Kaart waarin de kansrijke oplossingen worden weergegeven op een topografische ondergrond.
Figuur 8. Kansrijke oplossingen voor de locaties met een veiligheidsopgave.

Per locatie is aangegeven welke oplossingen kansrijk zijn en welke niet. Uitkomst is dat veel oplossingen toe te passen zijn maar dat met name de binnendijkse pipingbermen minder kansrijk zijn. Dit komt door ruimtelijke conflicten met het huidige binnendijkse landgebruik.

Een constructie is overal kansrijk en buitendijkse grondverbetering (klei-inkassing) ook, met uitzondering van de locatie waar de Lek te dicht op de dijk ligt en er dus onvoldoende ruimte is voor buitendijkse grondverbetering (klei-inkassing). In de volgende deelfase wordt per locatie de afweging gemaakt welke kansrijke oplossing het meest geschikt is, onder andere door middel van effectbeoordelingen (MER-studie).

Reflectie op de projectdoelstellingen

  1. Een Voorkeursalternatief dat voldoet aan de veiligheidsdoelen en eisen vanuit beheer;

De Kansrijke Oplossingen resulteren allemaal in een dijktraject dat voldoet aan de veiligheidsdoelen. De te maken keuzes voor het Voorkeursalternatief zullen hier geen gevolgen voor hebben. Daarnaast dragen alle oplossingen bij aan het realiseren van de eisen van de beheerorganisatie. Daar waar geen keuzes te maken zijn, worden de werkzaamheden vanuit het GOP gerealiseerd.

  1. Een Voorkeursalternatief dat binnen gestelde planning en budget wordt opgesteld en vastgesteld;

Het project ligt op schema om voor de zomer van 2023 vaststelling te kunnen laten plaatsvinden. Dit is eerder dan bij aanvang van de verkenningsfase was beoogd. Opstellen en vaststelling binnen gesteld budget is een randvoorwaarde.

  1. Een Voorkeursalternatief dat via een open transparante werkwijze tot stand komt met oog voor de omgeving;

Er wordt een zorgvuldig omgevingsproces doorlopen, waarbij bewoners individueel worden benaderd naast publieksbijeenkomsten. Ook is een werkgroep van bewoners en agrariërs opgericht die meedenkt tijdens de verkenning. De bestuurlijke partners zijn actief betrokken via de ambtelijke werkgroepen. Het draagvlak voor de te kiezen oplossing is afhankelijk van het belang. Bewoners en agrariërs hebben de voorkeur voor buitendijkse ingrepen.

  1. Een Voorkeursalternatief dat invulling geeft aan het verbeteren van de leefomgeving;

Binnendijkse grondoplossingen hebben negatieve gevolgen voor de continuïteit van het landschapsbeeld. Doordat er op korte afstand veel afwisseling tussen typen oplossingen noodzakelijk is (constructies nabij bebouwing afgewisseld met bermen tussen de panden in), oogt het landschap rommelig. In de afweging richting Voorkeursalternatief zal dit aspect extra aandacht krijgen.

  1. Een Voorkeursalternatief dat rekening houdt met potentiële innovaties en duurzaamheid;

De meest duurzame dijkversterking is er een die niet uitgevoerd hoeft te worden. Door het optimaliseren van de veiligheidsopgave zijn de eerste duurzaamheidswinsten al geboekt. Daarnaast biedt het opnemen van het Groot Onderhoudsprogramma de mogelijkheid om bloemrijke taluds aan te brengen op het hele traject, wat bijdraagt aan biodiversiteit.

Wanneer gekozen wordt voor oplossingen ‘in grond’, biedt dit mogelijkheden voor gebruik van lokale materialen. Daarnaast zijn dit type oplossingen uitbreidbaar zonder dat bestaande objecten gesloopt moeten worden.

Op de locaties waar in het Voorkeursalternatief constructies worden voorzien, zal voldoende ruimte zijn voor productinnovaties. Welke keuzes daarin gemaakt worden, zal pas in de planuitwerkingsfase duidelijk worden.

  1. Een Voorkeursalternatief dat optimaal inspeelt op de planuitwerkings- en realisatiefase door de innovatiepartners vroegtijdig te betrekken.

In de afgelopen periode was de innovatiepartner nog niet betrokken. In de fase richting Voorkeursalternatief zal dit gaan gebeuren, om zo kennis en expertise van die zijde mee te nemen in de afweging.

Vervolg proces

Na vaststelling van de Nota Kansrijke Oplossingen worden de kansrijke oplossingen nader uitgewerkt. Parallel daaraan wordt een laatste optimalisatie van de veiligheidsopgave uitgevoerd, worden meekoppelkansen concreter en worden bewonersgesprekken gehouden.

De uitgewerkte oplossingen worden beoordeeld volgens het beoordelingskader en wordt een eerste deel van de Milieueffectrapportage opgesteld. Ook worden kostenramingen opgesteld conform de SSK-systematiek, waarbij de hele levenscyclus wordt beschouwd, zowel realisatie als onderhoud, vervanging en eventuele sloop. Dit biedt de argumenten voor het opstellen van het concept Voorkeursalternatief.