Locatie 4: voorlandverbetering
In Figuur 7‑5 en Figuur 7‑6 is het Voorkeursalternatief voor locatie 4 gevisualiseerd. De waterveiligheidsopgave voor piping wordt op deze locatie opgelost met een voorlandverbetering aan de buitenzijde. Het aanbrengen van een voorlandverbetering zal in het eindbeeld geen verandering geven aan het uiterlijk van de omgeving van de dijk ten opzichte van de bestaande situatie. Er zal daarom voor de ‘landschappelijke inpassing’ geen extra maatregel nodig zijn. Na het aanbrengen van de voorlandverbetering wordt de toplaag weer teruggezet.
Daar waar de dijk wordt aangepast om te voldoen aan de waterveiligheid wordt deze meteen zo ontworpen dat deze voldoet aan de Basisspecificatie Primaire Waterkeringen (waarin de beheereisen van het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden vastgelegd zijn). Dit houdt in dat het talud aan de buitenzijde verflauwd wordt naar 1 op 3 en een beheerstrook gerealiseerd wordt om te voldoen aan Basisspecificatie Primaire Waterkeringen.
Op locatie 4 vindt ook oevererosie plaats. Op dit moment ligt de voorlandverbetering ongeveer 30 meter van de oevererosie. Om er zeker van te zijn dat in de toekomst de voorlandverbetering niet wegspoelt of wegerodeert is het noodzakelijk om hier de oever te beschermen. Bij locatie 4 is er een raakvlak met de meekoppelkans ‘kwaliteitsverbetering Natuurnetwerk Nederland’ (zie Hoofdstuk meekoppelkansen). Het gaat hier om het ontwikkelen van natuurwaarden en het beschermen van de oever (wat een win-win is).